Total Pageviews

Blog Archive

Search This Blog

Banner

Banner

Henri Goldman: 'Sociale inclusie moet gecreëerd worden op alle niveausvan de samenleving.'

Share it:
Henri Goldman gaf ons zijn visie op de viering van de 50ste jaar van de Turkse en Marokkaanse aanwezigheid in België, zijn ambities voor een betere samenleving en zijn opmerkingen over de aanval op de redactie van Charlie Hebdo. Henri Goldman is redacteur van Policy Review en lid van Tayush.




U heeft het over de mutatie van racisme. Wat bedoelt u hiermee?

Racisme heeft onlangs een mutatie ondergaan. Na de oorlog kon men om raciale redenen het woord racist niet meer gebruiken. Geleidelijk aan is dit omgevormd tot een cultureel racisme en religie speelt een grote rol in de cultuur. We voelen goed aan dat al het racisme omgevormd is rond wat men noemt “islamofobie” en de dubieuze rol van heel wat mensen die zich zelf als anti-racistisch beschouwen.

Islamofobie heeft ervoor gezorgd dat echte racisten de schuld kunnen schuiven op de religie en niet de etniciteit. Ook mensen die niet gelovig zijn krijgen heel vaak te maken met verdenking, argwaan of vernedering, alleen omdat ze een bepaalde naam dragen of een verschillende huidskleur hebben.

Steeds meer moslims en specifiek moslima’s die geen werk kunnen vinden en omwille van hun waardigheid hun hoofddoek niet willen uitdoen, eindigen met een job in hun eigen etnische netwerk met een werkgever die hun geloof aanvaardt. Wij gaan richting een maatschappij waarin de gemeenschappen zich gescheiden ontwikkelen. Dit is iets dat mij niet aanstaat. Ik leef graag met mensen die verschillend en verenigbaar zijn. Dat is mijn drijfveer.

Het jaar 2014 werd gekenmerkt door herdenkingen  en vieringen van 50 jaar migratie in België. Hoe staan we er nu voor?

Helaas denk ik dat er nog steeds grote problemen zijn. Onder al deze herdenkingen werd eerbetoon gebracht aan hetgeen dat Turkse en Marokkaanse arbeiders, die geïmporteerd zijn op basis van twee verdragen in 1964, hebben bijgedragen aan de constructie van België. Die bijdrage is verwezenlijkt, maar op vlak van gelijkheid is er een achteruitgang. Ik heb het niet over gelijke rechten, maar gedurende de economische crisis is een stijging van discriminatie ontstaan. Alle studies tonen aan aan dat discriminatie van Turken en Marokkanen die beschikken over een diploma hoger onderwijs en die concurreren met Europeanen frequent voorkomt.

Op het moment dat er geen werk meer zal zijn voor iedereen, zal omwille van de concurrentie racisme gebruikt worden voor het reserveren van schaarse jobs aan hen die er niet voor hoeven te vrezen. Bovendien is er de ideologische verschuiving die zich heeft ontwikkeld rond de spil van 11/09. Vanaf dat moment is men steeds meer gaan spreken over een Arabische moslimgemeenschap. Men kan ook zeggen dat de Marokkanen en Turken toen moslim zijn geworden. Daarvoor waren ze Turken die de islamitische geloof belijden. Echter, vanaf 11/09 zijn ze moslims van Turkse of Marokkaanse oorsprong geworden.

Wat moeten we behouden uit het verleden om de toekomst op te bouwen? Welke bouwstenen voor een harmonieuse samenleving?

Bij de herdenkingen over 10 jaar, mag men niet breed vieren, men mag niet beginnen met de getuigenissen van de eerste generatie. Ik denk dat we onze geschiedenis moeten koesteren om ze te bestuderen, maar het zou niet meer gevierd mogen worden met grote feestelijkheden. Ik vind dat we ons moeten concentreren op wat er reeds bereikt is, met andere woorden we moeten kijken of het gelukt is om “samen te leven” en of wij echt een “wij” hebben gecreëerd.Het enige dat ik hoop is dat de culturele diversiteit behouden blijft. Om hierover te kunnen spreken, zijn vermenging en verbinding noodzakelijk, zodat elke cultuur de andere leert kennen en dat we samen dingen kunnen bouwen, waarin elke culturele groep iets nieuws aanbrengt.

Aanslagen in Parijs: Hoe kan de overheid samenwerken met middenveldorganisaties in deze gespannen sfeer? Welke rol is weggelegd voor het middenveld om een bijdrage te leveren aan de verdediging van “het samenleven” met respect en verdraagzaamheid? In deze context heeft u het ook over sociale schokdempers, wat bedoelt u hiermee?

De Belgische samenleving is veel minder wreed dan de Franse samenleving. Mensen beseffen het niet, maar onze leefwerelden zijn totaal verschillend. De Franse samenleving is een gecentraliseerde staat van Europa die van boven naar beneden werd gebouwd met een verenigingsleven die veel minder belangrijk is dan bij ons. Zoals bijvoorbeeld het aantal gesyndiceerden. U weet op welk moment dat belangrijk was in België. Wij hebben een bevolking waarvan meer dan 50% gesyndiceerd is. Frankrijk heeft de laagste percentage gesyndiceerden van Europa met 7%. Dat is bijna niets. Dus vanaf dat er een conflict ontstaat, zal de burger direct geconfronteerd worden met de staat en zo zou het moeten functioneren volgens de Franse ideologie.

In België is er een communitaristische traditie die het gevolg is van zowel de sociaaldemocratie als het socialisme en ervoor zorgt dat we een verenigingsleven hebben die goed gesubsidieerd is. Tegelijkertijd laat die diversiteit in het verengingsleven toe dat herkenbare gesprekspartners impulsen van de bevolking beter onder controle kunnen houden, maar ook hun eisen kunnen doorgeven aan de overheid. Daarom zijn middenveldorganisaties onontbeerlijk en moeten ze versterkt worden, gehoord en gerespecteerd worden naar aanleiding van de gebeurtenissen. Ik begrijp de huidige tendens goed. Ik begrijp ook het nut van het versterken van de beveiliging, maar het zal niet veel goed doen, want dit zijn onze kinderen. Het zijn echt de kinderen van België. Wij zijn degenen die hen hebben voortgebracht.

Het tweede antwoord is hetgeen waarmee men in Frankrijk is begonnen. Namelijk, men gaat naar de scholen om de kinderen te leren dat ze verdraagzaam moeten zijn en naar elkaar moeten luisteren. Dit lost echter niets op. Vanaf het moment dat de kinderen de school verlaten bevinden ze zich in een wijk, gescheiden van de anderen. Sociale inclusie moet gecreëerd worden op alle niveaus van de samenleving. Het wij-zij gedachte moet verdwijnen. Men moet verenigingen, sportclubs, theatergroepen waar men samen zit met mensen uit verschillende milieu’s creëren.

Men moet beseffen dat deze malaise, die soms een misdaad tot gevolg kan hebben, een gebroken samenleving voedt en sociale ongelijkheid versterkt. Men moet vooral rekening houden met het feit dat een bepaalde middenklasse gepolariseerd wordt, dat sommigen armer worden terwijl anderen rijker worden. Dit is niet alleen een cultureel probleem, maar is ook te wijten aan het feit dat de verzorgingsstaat in crisis is. We moeten geen illusies kweken. Indien we er niet in slagen om de sociale spanningen in te perken, zullen we er ook niet in slagen de culturele spanningen te verminderen. Jongeren zouden niet ontvankelijk zijn voor het betoog van jihadi indien er geen sociale wanhoop zou zijn.

Sinds de aanval op de redactie van Charlie Hebdo is er een debat ontstaan over de vrijheid van meningsuiting. Onlangs heeft Paus Franciscus verklaard dat “men het geloof van anderen niet mag uitdagen, beledigen en bespotten”. Volgens hem is de vrijheid van meningsuiting een fundamenteel recht, maar men moet “het in praktijk brengen zonder te kwetsen”. Is vrijheid van meningsuiting en respect voor het heilige verenigbaar volgens u?

Ze vallen niet onder dezelfde categorie. Er zijn gevallen die binnen het recht vallen en gevallen die binnen de ethiek besproken moeten worden. Zoals een bekende wet van het Hof van Straatsburg zegt over mensenrechten “de vrijheid van meningsuiting geldt niet alleen voor mensen met wie wij overeenkomen, maar moet ook gelden voor zij die erdoor gekwetst, gechoqueerd of onrustig worden”. Dit is een van de redenen waarom ik, ondanks mijn eigen geschiedenis, tegen de wet ben die het ontkennen van de Holocaust bestraft. Ik heb mij altijd gekant tegen het verbod op optredens van Dieudonné, maar beschouw hem toch als een schadelijke antisemiet.

In Amerika is het aanzetten tot haat toegestaan, het omzetten van die haat tot actie is verboden. De basisprincipe van de vrijheid van meningsuiting is niet enkel beperkt tot het aanzetten van haat, dat is de Europese wet. Voor mij, moet de vrijheid van meningsuiting gerespecteerd worden, maar niet op een veranderlijke manier. Dat is zeer belangrijk.Mensen moeten consequent blijven, met andere woorden ieders vrijheid moet gerespecteerd worden. Maar los van dit, moet men het debat leiden op een manier die past voor een democratische samenleving. Ik ben van mening dat het creëren van sociale inclusie op dit vlak interessant is. Men moet een emotionele band creëren op alle niveaus. Dat is heel belangrijk. Men moet ruimte creëren waar ieder zich kan uitdrukken en zeggen waarom ze zich gekwetst voelen. Dit kan de gedachte van mensen veranderen. En misschien kunnen zij die niet begrijpen waarom je gekwetst bent, zeggen dat ze je niet wilden kwetsen.

Share it:

ACTIVITEITEN

Fedactio Activiteiten

Onderwijs

Sociale cohesie

Post A Comment: